-
Samenvatting
Op 18 december 2014 oordeelde de Rechtbank Rotterdam over de gegrondheid en hoogte van de boetes opgelegd door ACM aan handelaren op executieveilingen. Deze handelaren hadden zich naar de mening van ACM in de periode 2000-2009 schuldig gemaakt aan overtredingen van het kartelverbod van artikel 6 lid 1 Mw. Volgens de rechtbank beschikte ACM over voldoende bewijs om de gedragingen te kunnen kwalificeren als één enkele inbreuk en de handelaren voor die enkele inbreuk aansprakelijk te houden. De rechtbank achtte een verlaging van de opgelegde boetes met 10 procent passend door de financiële gevolgen voor de handelaren van de ACM-besluiten.
Markt & Mededinging |
|
Case Law | Executieveilingen |
Trefwoorden | Executieveilingen, Criminal charge, Eén enkele voortdurende inbreuk, Merkbaarheid, Artikel 6 Mw |
Auteurs | Marco Slotboom en Caroline Schell |
DOI | 10.5553/MenM/138762362015035005006 |
Auteursinformatie |