Artikelen

Tijdschrift Contracteren
Actualia contractspraktijk

Kroniek van het agentuurrecht

Trefwoorden Agentuur, Klantenvergoeding, beëindiging agentuurrelatie, artikel 7:428 BW, Provisie
Auteurs Mr. drs. H.S. Kleinjan
  • Samenvatting

      In dit artikel bespreekt de auteur de gewezen jurisprudentie over agentuurovereenkomsten in de afgelopen twee jaar.

  • Auteursinformatie

    Mr. drs. H.S. Kleinjan

    Mr. drs. H.S. Kleinjan is advocaat bij Lexence N.V.

Tijdschrift Onderneming en Financiering
Wetenschap

De tussenhoudstervrijstelling van art. 2:408 BW

Trefwoorden consolidatie, jaarrekening, vrijstelling, tussenhoudster, groep
Auteurs Q.H. van Vliet
  • Samenvatting

      Dit artikel bespreekt de voorwaarden die vervuld moeten zijn voor de toepassing van de veelgebruikte consolidatievrijstelling voor tussenhoudstermaatschappijen zoals opgenomen in art. 2:408 BW. Een tussenhoudster is vrijgesteld van de verplichting om een geconsolideerde jaarrekening op te maken en te publiceren indien de financiële gegevens van de tussenhoudster en de maatschappijen binnen haar consolidatiekring zijn opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van een bovenliggende entiteit.

  • Auteursinformatie

    Q.H. van Vliet

    Mr. Q.H. (Qury) van Vliet is advocaat bij Rutgers en Posch N.V., lid van de Raad voor de Jaarverslaggeving en verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen.

Tijdschrift Onderneming en Financiering
Wetenschap en praktijk

Het UBO-register

Het register van sommige uiteindelijk belanghebbenden en anderen (deel 2)

Trefwoorden UBO, Stichting, personenvennootschap, Terugmelding, Feitelijke zeggenschap
Auteurs M.A.M van Steensel en C.W. Kuipers
  • Samenvatting

      Dit is deel 2 van een tweeluik waarin de auteurs een inkijkje geven in de problemen waar de praktijk tegen aan loopt bij UBO-registratie. Het streven van de wetgever is een uniforme toepassing van het UBO-begrip, maar de praktijk is weerbarstig. Hoewel het UBO-register nog onvoldoende gevuld is en de KvK een behoorlijke achterstand heeft bij de verwerking van de opgaven van UBO’s voor het UBO-register, heeft de praktijk sinds 27 maart 2020 de nodige ervaring opge­daan met de uitleg van het UBO-begrip en de registratie van UBO’s. De auteurs lichten in dit tweeluik aan de hand van concrete voorbeelden toe waarom het vaak niet eenvoudig is om de UBO’s vast te stellen, en waar het begrip voor meerderlei uitleg vatbaar is, doen zij suggesties voor de uitleg die de voorkeur verdient. Als het is gelukt om de UBO vast te stellen, dan moet nog de hobbel van de registratie worden genomen. Die hobbel blijkt ook niet altijd eenvoudig te nemen. In het eerste deel van de bijdrage werd uitgebreid het richtsnoer voor de vaststelling van de UBO’s van kapitaalvennootschappen (niet zijnde beursgenoteerde vennootschappen of 100%-dochtermaatschappijen daarvan) besproken. Daarin kwamen ook de pseudo-UBO, de uitzondering op de registratieplicht voor (100%-dochtermaatschappijen van) bepaalde beursgenoteerde kapitaalvennootschappen en de indirecte UBO aan bod. Dit tweede deel van het tweeluik vervolgt met een bespreking van de richtsnoeren voor overige rechtspersonen en voor personenvennootschappen, en sluit af met de ervaringen die met registratie zijn opgedaan in de (notariële) praktijk. Met hun bijdrage beogen de auteurs waar mogelijk helderheid te verschaffen over het UBO-begrip. En ergens hopen zij de lezers te bereiken die bereid zijn om de discussie over de invulling van het UBO-begrip aan te gaan, om op die manier gezamenlijk tot een uniforme uitleg te komen. De door de wetgever beloofde casuïstiek volgt dan hopelijk vanzelf.

  • Auteursinformatie

    M.A.M van Steensel

    Mr. M.A.M. (Martijn) van Steensel is kandidaat-notaris en partner Ondernemingsrecht bij Van Benthem & Keulen te Utrecht.

    C.W. Kuipers

    Mr. C.W. (Corinne) Kuipers is advocaat Corporate/M&A bij Van Benthem & Keulen te Utrecht.

Tijdschrift Onderneming en Financiering
Wetenschap en praktijk

Gesyndiceerde financiering en Mulder/CLBN

Een voor allen, allen voor een?

Trefwoorden Mulder/CLBN, Van Dooren q.q./Bontrup Holding, Faillissement, verrekening, Parallelle schuld
Auteurs M. Batteram
  • Samenvatting

      In deze bijdrage wordt ingegaan op enkele onzekerheden die voortvloeien uit het arrest Mulder/CLBN van de Hoge Raad in situaties waarin meerdere financiers een kredietfaciliteit verstrekken en een zekerhedenagent is aangesteld. Het is niet duidelijk of in dergelijke gevallen
      iedere financier of de zekerhedenagent een beroep kan doen op verrekening conform het arrest Mulder/CLBN. Hoewel de wenselijkheid van dergelijke verrekeningsmogelijkheden voor de praktijk buiten kijf staat, is er geen rechtspraak die dergelijke mogelijkheden bevestigt. De auteur geeft ook enkele mogelijke oplossingen die deze onzekerheden kunnen wegnemen voor financiers.

  • Auteursinformatie

    M. Batteram

    Mr. M. (Merijn) Batteram is advocaat bij Stek Advocaten.

Tijdschrift Onderneming en Financiering
Wetenschap en praktijk

Elektronisch ondertekenen in de financieringspraktijk. Een riskante onderneming?

Trefwoorden Financiering, Leningsovereenkomst, betrouwbaar, pandrecht, opinie
Auteurs R. van Buuren
  • Samenvatting

      In de financieringspraktijk worden overeenkomsten steeds vaker ondertekend via de uitwisseling van PDF-scans van de handtekeningenpagina’s. Dit is een vorm van gewone elektronische ondertekening. Deze elektronische handtekening heeft dezelfde status als de handgeschreven handtekening indien deze gezien de omstandigheden van het geval en het doel waarvoor zij is gebruikt voldoende betrouwbaar is. In deze bijdrage zal ik uiteenzetten waarom een PDF-scan in de financieringspraktijk als voldoende betrouwbaar gezien zou moeten worden. Er kleven echter wel de nodige risico’s aan, met name bij het aangaan van een garantie, een borgtocht of het aangaan van een pandrecht.

  • Auteursinformatie

    R. van Buuren

    Mr. R. (Roger) van Buuren is advocaat bij Bird & Bird.

Tijdschrift Onderneming en Financiering
Redactioneel

Toepassing van het ‘share the pain’-beginsel in de energiecrisis?

Auteurs W.J. Oostwouder
  • Auteursinformatie

    W.J. Oostwouder

    Prof. mr. W.J. (Wilco) Oostwouder is advocaat bij Loyens & Loeff te Amsterdam en was van 2002 tot 2021 hoogleraar bedrijfsfinancieel recht aan de Universiteit Utrecht.

Tijdschrift Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging
Kroniek

Cassatie

Auteurs Maartje Möhring en Sikke Kingma
  • Auteursinformatie

    Maartje Möhring

    Mr. M.E.A. Möhring is advocaat in de cassatiesectie van Pels Rijcken.

    Sikke Kingma

    Mr. drs. S.M. Kingma is cassatieadvocaat bij Pels Rijcken en raadsheer-plaatsvervanger in het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Tijdschrift Contracteren
Impressies

Verwijdering van desinformatie door socialemediaplatforms met een beroep op de gebruikersvoorwaarden: ondernemersvrijheid of doorgeslagen ‘private censuur’?

Trefwoorden Desinformatie, Redelijkheid en billijkheid, Aanvullende werking, Vrijheid van meningsuiting, Digital Services Act
Auteurs Mr. B. Brouwer
  • Samenvatting

      Begin januari 2021 besloten Facebook en Twitter tot tijdelijke respectievelijk permanente schorsing van het Donald Trump-account naar aanleiding van ophitsende uitingen rondom de aanval op het Capitool. Sindsdien is ‘deplatforming’ onderwerp van verhit maatschappelijk debat, waarbij regelmatig het woord censuur in de mond wordt genomen onder verwijzing naar de belangrijke maatschappelijke rol van socialemediaplatforms in het publieke debat. ‘Deplatforming’ speelt niet alleen in de VS; in Nederland is een reeks uitspraken gedaan over verwijdering van desinformatie door socialemediaplatforms, onder andere tussen Forum voor Democratie e.a. en YouTube. In al die zaken ging het om uitingen over Covid-19 in strijd met de officiële overheidsinformatie, die als desinformatie gekwalificeerd werden. Met een beroep op de vrijheid van meningsuiting (artikel 10 EVRM) werd door eisers gevorderd de uitingen weer terug te plaatsen. Echter, alleen in uitzonderlijke gevallen heeft artikel 10 EVRM rechtstreekse werking in de verhouding tussen burgers of bedrijven onderling (horizontale werking). Desondanks kunnen grondrechten wel degelijk doorwerken in de privaatrechtelijke rechtsverhouding via de open normen van het privaatrecht, zoals de (aanvullende werking van de) redelijkheid en billijkheid. De recente ‘verwijderingsrechtspraak’ van de Nederlandse rechter vormt daarvan een interessant voorbeeld en loopt bovendien vooruit op toekomstige regulering van online platforms via de Digital Services Act.

  • Auteursinformatie

    Mr. B. Brouwer

    Mr. B. Brouwer is advocaat mediarecht en intellectuele eigendom bij Walden Grene te Amsterdam.

Tijdschrift Contracteren
Ad Rem

Betalingsregeling door rechter: onwenselijke inbreuk op contracteervrijheid

Trefwoorden Betalingsregeling, Schuldenaar, Redelijkheid en billijkheid, Incasso
Auteurs Mr. drs. J.H.M. Spanjaard
  • Samenvatting

      In september 2022 sloot de internetconsultatie van het voorontwerp voor de Wet opleggen betalingsregeling door rechter. Het voorontwerp wordt in dit artikel kritisch besproken. Nut en noodzaak worden tegen het licht gehouden en de auteur gaat ook in op de reikwijdte en gekozen bewoordingen in het voorontwerp. Daarnaast bespreekt auteur de zijns inziens wenselijke toetsingsmaatstaf.

  • Auteursinformatie

    Mr. drs. J.H.M. Spanjaard

    Mr. drs. J.H.M. Spanjaard is advocaat bij facily LAW advocatuur en honorair universitair docent aan het Molengraaff Instituut van de Universiteit Utrecht.

Tijdschrift Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade
Jurisprudentie

S(c)hockschade 2.0: het confrontatiegezichtspunt

HR 20 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1250 (Friese festival)

Trefwoorden schadebegroting, eigen schuld
Auteurs Mr. E.W. Bosch en Mr. A.J. Korff
  • Samenvatting

      In zijn arrest van 20 september 2022 gaf de Hoge Raad een nadere duiding aan het confrontatiegezichtspunt bij shockschade. De auteurs bespreken dit arrest en schetsen de ontwikkeling van de confrontatie-eis in het Taxibus-arrest tot het confrontatiegezichtspunt in dit arrest. Daarbij plaatsen zij een aantal kritische opmerkingen over de motivering van het oordeel van de Hoge Raad in dit arrest. Verder stellen zij aan de orde of de vraag of de confrontatie te vermijden was niet feitelijk een eigenschuldverweer is, dat beoordeeld moet worden aan de hand van artikel 6:101 BW.

  • Auteursinformatie

    Mr. E.W. Bosch

    Mr. E.W. Bosch is advocaat bij Vogelaar Bosch Spijer Advocaten te Maasdijk.

    Mr. A.J. Korff

    Mr. A.J. Korff is advocaat bij Vogelaar Bosch Spijer Advocaten te Maasdijk.

Tijdschrift Tijdschrift Erfrecht
Artikel

Intellectuele eigendomsrechten in het erfrecht

Trefwoorden IE-rechten, Vererving van IE-rechten, voor overgang vatbare IE-rechten, IE-rechten en erfrecht, IE-rechten en overlijden
Auteurs Mr. drs. R.M.I. van der Straaten en Mr. M.G. Hees
  • Samenvatting

      De hedendaagse technologie stelt iedere burger in staat tot het maken van creaties. Waar dat voorheen nog was voorbehouden aan de klassieke artistieke geesten van deze wereld, zoals de schrijver of schilder, fotograferen, bloggen, vloggen en podcasten wij er tegenwoordig met elkaar massaal op los. Welke rechten vloeien voort uit deze creatieve content? Zijn dit rechten die na overlijden vererven? Zo ja, aan wie komen deze rechten dan toe? De auteurs hebben de krachten voor een artikel over dit onderwerp gebundeld.

  • Auteursinformatie

    Mr. drs. R.M.I. van der Straaten

    Mw. mr. drs. R.M.I. van der Straaten is advocaat intellectueel eigendomsrecht bij Banning Advocaten te ’s-Hertogenbosch.

    Mr. M.G. Hees

    Mw. mr. M.G. Hees is advocaat erfrecht en partner bij Banning Advocaten te ’s-Hertogenbosch.

    De hedendaagse technologie stelt iedere burger in staat tot het maken van creaties. Waar dat voorheen nog was voorbehouden aan de klassieke artistieke geesten van deze wereld, zoals de schrijver of schilder, fotograferen, bloggen, vloggen en podcasten wij er tegenwoordig met elkaar massaal op los. Welke rechten vloeien voort uit deze creatieve content? Zijn dit rechten die na overlijden vererven? Zo ja, aan wie komen deze rechten dan toe? De auteurs hebben de krachten voor een artikel over dit onderwerp gebundeld.


Mr. drs. R.M.I. van der Straaten
Mw. mr. drs. R.M.I. van der Straaten is advocaat intellectueel eigendomsrecht bij Banning Advocaten te ’s-Hertogenbosch.

Mr. M.G. Hees
Mw. mr. M.G. Hees is advocaat erfrecht en partner bij Banning Advocaten te ’s-Hertogenbosch.
Tijdschrift Contracteren
Artikel

Access_openHet contracteren van cloudcomputing (SaaS) – oplossingen

Trefwoorden Software as a service, Cloud, SaaS, Software, Licentie
Auteurs Mr. B.L.P. van Reeken
  • Samenvatting

      Voor het onderhandelen over SaaS-overeenkomsten en software licenties bespreekt deze bijdrage de verschillen daartussen, het bedrijfsmodel van veel leveranciers en de belangrijkste aandachtspunten.

  • Auteursinformatie

    Mr. B.L.P. van Reeken

    Mr. B.L.P. van Reeken is advocaat IT en outsourcing en partner bij Van Doorne NV.

Tijdschrift Maandblad voor Vermogensrecht
Artikel

De waarschuwingsplicht in geval van meerwerk bij aanneming van werk

Trefwoorden aannemingsovereenkomst, art. 7:755 BW, art. 7:752 BW
Auteurs Mr. L.H. Muller
  • Samenvatting

      In dit artikel wordt ingegaan op het arrest van de Hoge Raad van 1 juli 2022, waarin bepaald is dat voor de toepassing van de tenzij-bepaling in art. 7:755 BW niet vereist is dat opdrachtgever inzicht had in de omvang van de prijsverhoging dan wel (concreet) te verwachten meerkosten. Indien geen prijs voor het meerwerk overeengekomen is, kan teruggevallen worden op art. 7:752 BW.

  • Auteursinformatie

    Mr. L.H. Muller

    Mr. L.H. Muller is advocaat bij Construct Advocaten.

Tijdschrift Maandblad voor Vermogensrecht
Artikel

Shockschade: de Hoge Raad verzet de piketpaaltjes

Trefwoorden schokkende gebeurtenis, schadevergoeding, gezichtspuntencatalogus, schadevergoedingsrecht, Hoogeveen-arrest
Auteurs Mr. E.W. Bosch
  • Samenvatting

      In zijn arrest van 28 juni 2022 verving de Hoge Raad de vereisten voor beoordeling van een shockschadevordering door een gezichtspuntencatalogus. Eerst wordt de situatie beschreven zoals deze was tot dit arrest, vervolgens de nieuwe gezichtspuntencatalogus. Afsluitend worden de verschillen tussen beide geanalyseerd en wordt de praktische relevantie daarvan geduid.

  • Auteursinformatie

    Mr. E.W. Bosch

    Mr. E.W. Bosch is advocaat bij VBS advocaten te Honselersdijk.

Tijdschrift Maandblad voor Ondernemingsrecht
Artikel

Access_openAandeelhoudersbescherming bij kapitaalverhoging

Een rechtsvergelijkende en rechtseconomische benadering

Trefwoorden voorkeursrechten, aandeelhoudersgoedkeuring, belangenconflicten, uitgifte van aandelen
Auteurs Dr. mr. T. Vos
  • Samenvatting

      Deze bijdrage bevat de voornaamste bevindingen van het proefschrift van de auteur over Shareholder protection in share issuances: A comparative law and economics approach. De auteur analyseert de functies van aandeelhoudersbescherming bij kapitaalverhoging, vergelijkt de verschillende technieken van aandeelhoudersbescherming in België, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, en evalueert de voor- en nadelen van deze technieken.

  • Auteursinformatie

    Dr. mr. T. Vos

    Dr. mr. T. Vos is gastprofessor bij de Jean-Pierre Blumberg Leerstoel aan de Universiteit Antwerpen, vrijwillig wetenschappelijk medewerker aan de KU Leuven en advocaat bij Linklaters te Brussel.

Tijdschrift Maandblad voor Ondernemingsrecht
Artikel

Governance van zorginstellingen: een overzicht van inrichtingsvereisten

Trefwoorden bestuur, toezicht, Wtza, medezeggenschap, belangenverstrengeling
Auteurs Mr. E. Luijendijk
  • Samenvatting

      De auteur bespreekt aan de hand van het huidige normenkader de inrichtingseisen die voor zorginstellingen aan ‘good governance’, ofwel (goed) bestuur en toezicht, worden gesteld. Ook gaat de auteur in op de interne en externe verantwoordingsverplichtingen, het externe toezicht door de IGJ en de NZa en de mogelijke gevolgen als de inrichting niet voldoet.

  • Auteursinformatie

    Mr. E. Luijendijk

    Mr. E. Luijendijk is werkzaam als advocaat bij Holla legal & tax te Utrecht.

Tijdschrift Maandblad voor Ondernemingsrecht
Artikel

Commissaris met financieel belang

Aandachtspunten bij de taakuitoefening ten tijde van een overname

Trefwoorden raad van commissarissen, onafhankelijkheid, tegenstrijdig belang, belangenverstrengeling
Auteurs Mr. B.J. Beens en Mr. drs. G. De Jong
  • Samenvatting

      De auteurs bespreken de positie van de commissaris met een financieel belang in geval van een overnamesituatie. Zij behandelen daarbij (1) de taak van de raad van commissarissen, (2) de onafhankelijkheid en (3) de omgang met (potentieel) tegenstrijdige belangen, en formuleren aandachtspunten voor de taakuitoefening ten tijde van een overname.

  • Auteursinformatie

    Mr. B.J. Beens

    Mr. B.J. Beens is advocaat bij Loyens en Loeff te Amsterdam.

    Mr. drs. G. De Jong

    Mr. drs. G. de Jong is advocaat bij Loyens en Loeff te Amsterdam en buitenpromovendus aan de Radboud Universiteit te Nijmegen.

Tijdschrift Tijdschrift Erfrecht
Artikel

De praktijk: wachten op verzet tegen de uitdelingslijst of de vordering dan wel voorrang daarvan eerder al door de rechter laten vaststellen?

Trefwoorden verzetprocedure, vereffening, complexiteit, procesmogelijkheden, vaststellingsprocedure
Auteurs Mr. P.G. Knoppers
  • Samenvatting

      In deze bijdrage staat het onderscheid tussen twee procedures die gevoerd kunnen worden tijdens de vereffening van een nalatenschap centraal: enerzijds de verzetprocedure van artikel 4:218 lid 3 BW en anderzijds de vaststellingsprocedure van artikel 4:223 lid 2 BW. Welke weg dient een schuldeiser van de nalatenschap te volgen als er discussie is over het bestaan, de omvang of de voorrang van zijn vordering? Aan de hand van parlementaire geschiedenis, literatuur en rechtspraak worden beide procedures besproken en geeft de auteur handvatten voor de procespraktijk. Wanneer het gaat om eenvoudig vast te stellen aspecten of procedurevoorschriften lijkt de verzetprocedure de aangewezen procedure. Wanneer het geschil complexer en diepgaander van aard wordt en een vordering niet eenvoudig is vast te stellen maar uitvoeriger bewijs noodzakelijk is, is de vaststellingsprocedure de aangewezen procedure.

  • Auteursinformatie

    Mr. P.G. Knoppers

    Mw. mr. P.G. Knoppers is advocaat-partner erfrecht bij SmeetsGijbels en rechter-plaatsvervanger bij de rechtbank Rotterdam.

    In deze bijdrage staat het onderscheid tussen twee procedures die gevoerd kunnen worden tijdens de vereffening van een nalatenschap centraal: enerzijds de verzetprocedure van artikel 4:218 lid 3 BW en anderzijds de vaststellingsprocedure van artikel 4:223 lid 2 BW. Welke weg dient een schuldeiser van de nalatenschap te volgen als er discussie is over het bestaan, de omvang of de voorrang van zijn vordering? Aan de hand van parlementaire geschiedenis, literatuur en rechtspraak worden beide procedures besproken en geeft de auteur handvatten voor de procespraktijk. Wanneer het gaat om eenvoudig vast te stellen aspecten of procedurevoorschriften lijkt de verzetprocedure de aangewezen procedure. Wanneer het geschil complexer en diepgaander van aard wordt en een vordering niet eenvoudig is vast te stellen maar uitvoeriger bewijs noodzakelijk is, is de vaststellingsprocedure de aangewezen procedure.


Mr. P.G. Knoppers
Mw. mr. P.G. Knoppers is advocaat-partner erfrecht bij SmeetsGijbels en rechter-plaatsvervanger bij de rechtbank Rotterdam.
Tijdschrift Tijdschrift Erfrecht
Artikel

Access_open Is een onherroepelijke strafrechtelijke veroordeling steeds vereist voor onwaardigheid van rechtswege ex artikel 4:3 lid 1 sub a BW?

Trefwoorden onwaardig, wetsuitleg, EVRM, schuld, doodslag
Auteurs Mr. F.W. Brans en Mr. Ph.A.J. Raaijmaakers
  • Samenvatting

      In dit artikel onderzoeken de auteurs of steeds een onherroepelijke strafrechtelijke veroordeling vereist is voor onwaardigheid van rechtswege in de zin van artikel 4:3 lid 1 sub a BW. Gaandeweg hun onderzoek komen zij tot de conclusie dat wetsuitleg en contra legem toepassing van de algemene rechtsbeginselen daaraan in de weg kunnen staan.

  • Auteursinformatie

    Mr. F.W. Brans

    Mw. mr. F.W. Brans is senior jurist bij AD Advocaten te Amsterdam.

    Mr. Ph.A.J. Raaijmaakers

    ­Mr. Ph.A.J. Raaijmaakers is advocaat bij AD Advocaten te Amsterdam.

Tijdschrift Maandblad voor Vermogensrecht
Artikel

De omgangswijze van curatoren met boedelschuldeisers bezien vanuit het verbintenissen- en faillissementsrecht

Trefwoorden taakopdracht, boedelschulden, schuldenaar, schuldeiser, Paperlinx
Auteurs Mr. S.A. Meesterman
  • Samenvatting

      Boedelschuldeisers bevinden zich grotendeels buiten het regime van de Faillissementswet, waardoor de verhouding tussen curatoren en boedelschuldeisers onduidelijk is. De Hoge Raad legde met het Paperlinx-arrest (2021) de al bestaande complicaties binnen de omgangswijze van curatoren met boedelschuldeisers bloot. In dit artikel licht de auteur deze complicaties toe en onderzoekt zij de precieze verbintenis- en faillissementsrechtelijke verhouding tussen curatoren en boedelschuldeisers.

  • Auteursinformatie

    Mr. S.A. Meesterman

    Mr. S.A. Meesterman is werkzaam bij Houthoff te Amsterdam.